Van de 50 grootste gemeenten scoort Emmen het best op de woningmarkt. De woondruk -woningnood- is bij ons namelijk het laagst van Nederland. Dit blijkt uit de jaarlijkse Atlas voor gemeenten . Het thema van dit jaar is Wonen.
Daarmee kunnen we ook eens een voor Emmen positief feit uit de Atlas halen, want al vele jaren -en ook dit jaar weer- scoort Emmen het laagst als het gaat om de woonaantrekkelijkheid, die wordt bepaald op basis van allerlei statistieken. En waarbij het eveneens een jaarlijkse traditie is dat de Emmenaren zelf het daar niet mee eens zijn.
Krapte
In de nieuwe Atlas voor gemeenten wordt de krapte op de woningmarkt gemeten aan de hand van een speciaal voor dit thema ontwikkelde Woondruk-index. Hieruit blijkt dat de woningnood in Nederland nog groter is dan tot nu toe werd gedacht.
Woondruk
Landelijk gezien is de woondruk 105: dit betekent dat de woningvoorraad 5 procent te krap is. Oftewel een tekort van 390 duizend woningen, ruim 110 duizend meer dan het officiële “statistische woningtekort”. Maar er zijn forse verschillen in woondruk tussen gemeenten ( zie figuur 1 en figuur 2 ) en dan blijkt dat Emmen veel beter scoort met een woondruk van slechts 59.
Amsterdam
De helft van het gemeten woningtekort bevindt zich in de gemeente Amsterdam. De hoofdstad en naburige gemeenten als Amstelveen (waar de woondruk relatief het hoogst is) en Leidschendam-Voorburg kennen een woondruk van ruim 150. Dit wil zeggen dat de vraag naar woningen ruim 50 procent hoger ligt dan het beschikbare woningaanbod. Hilversum, Utrecht en Amersfoort volgen met een woondruk van ongeveer 140.
Nieuwe woningen
Het streven van het ministerie van BZK is om het woningtekort naar 2 procent terug te dringen en dit te doen door het bouwtempo op te schroeven van ruim 70 duizend naar ruim 100 duizend woningen per jaar. Zelfs in dit versnelde bouwtempo is de woningbouwopgave niet voor 2030 gerealiseerd en in het huidige tempo duurt het zelfs tot 2035 voordat de woondruk op een acceptabel niveau komt (zie
figuur 3).
Bouwoverschot
Veel gemeenten kennen een bouwoverschot: het huidige aantal woningen plus de geplande woningbouw ligt hoger dan de huidige vraag naar woningen. Hoewel dit positief kan zijn, aangezien ook “harde” bouwplannen soms niet doorgaan, kan dit ook het risico met zich meebrengen dat deze woningen leeg komen te staan wanneer er geen investeringen in de leefbaarheid en bereikbaarheid van dergelijke gemeenten worden gedaan.
https://atlasresearch.nl/de-atlas-2022/